Reglement – Belasting op de tijdelijke bezetting van de openbare weg

Artikel 1:

Er wordt vanaf 1 januari 2025 ten bate van de gemeente Etterbeek voor een termijn die afloopt op 31 december 2025, een belasting geheven op de tijdelijke bezetting van de openbare weg voor bouw-, afbraak-, herbouwings- of verbouwingswerken van gebouwen.

Artikel 2:

De belasting betreffende de tijdelijke bezetting van de openbare weg is verschuldigd door de aannemer van de werken of door elk andere persoon die de toelating heeft verkregen tot het bezetten van de openbare weg. De eigenaar van het gebouw is hoofdelijk verantwoordelijk voor de betaling van de genoemde belasting.

Artikel 3:

De toelating tot de bezetting van de openbare weg moet aangevraagd worden bij de wegbeheerder en zal behandeld worden door het gemeentebestuur of het gewestbestuur voor de wegen die onder zijn verantwoordelijkheid vallen.

Artikel 4:

De belasting is verschuldigd vanaf de datum van ingebruikname van de openbare weg zoals tot de datum waarop de bouwplaats afgesloten wordt of de datum waarop schriftelijk afstand gedaan wordt van het gebruik van de openbare weg. Bij gebrek hieraan of in geval van tegenstrijdigheid met de situatie op het terrein geldt de vaststelling die opgesteld werd door een controleur van de gemeente als bewijs.

Artikel 5:

De belasting wordt berekend in evenredigheid met de oppervlakte van de bezette openbare weg. Voor de berekening van de oppervlakte zal elk gedeelte van een vierkante meter als een geheel genomen worden. De oppervlakte die als basis dient voor de berekening van de belasting is die aangegeven in de aanvraag.

Wanneer een controleur van de gemeente echter vaststelt dat de bezetting groter is dan deze oppervlakte, stelt hij een vaststelling op die als bewijs geldt voor de berekening van de belasting. De afmetingen die vastgesteld werden door de controleur gelden als zijnde bestaan te hebben sinds het begin van de bouwplaats en blijven in rekening genomen worden tot de aanvrager een regularisatie gekregen heeft of bij gebrek hieraan, tot een nieuwe vaststelling opgesteld wordt.

Artikel 6:

De belasting is vastgesteld op € 1,40 per vierkante meter per kalenderdag. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen de bezetting van het voetpad of de berijdbare weg.

1)Verhogingen:

De belasting zal verdubbeld worden indien de schutting of omheiningen opgericht werden met publicitaire doeleinden, wat ook hun aard, vorm of afmetingen zijn. Het weghalen van de schutting of omheining maakt een einde aan de toepassing van deze verhoogde belasting.

De belasting wordt ook verdubbeld wanneer de werken aangevat worden zonder vergunning, voor de periode die start op de dag van de vaststelling door de controleur van de gemeente tot de dag waarop de vereiste vergunning uitgereikt werd, en dat voor de volledige bezette oppervlakte.

Wanneer de aanvrager een bezetting overdag met parkeerverbodsborden heeft aangevraagd en de controleur van de gemeente een doorlopende bezetting vaststelt, wordt de belasting ambtshalve ingekohierd vanaf het begin van het voorbehouden van parkeerplaatsen en komt die bovenop de retributie die verschuldigd is voor de parkeerverbodsborden totdat die borden weggehaald worden.

2)Verminderingen:

Indien de aanvrager zelf zijn volledige aanvraag indient via Osiris, zonder hulp te vragen van het gemeentebestuur, wordt de belasting teruggebracht tot € 1,20 per vierkante meter per kalenderdag.

Voor een bezetting van meer dan drie maanden wordt de belasting teruggebracht tot € 0,90 per vierkante meter per kalenderdag vanaf de vierde maand.

Wanneer de aanvrager in zijn werkzone een vrij, overdekte, beveiligde en geïsoleerde doorgang van 1,50 meter breed voorziet, wordt de belasting ook teruggebracht tot € 0,90 per vierkante meter per kalenderdag voor de volledige werkzone op voorwaarde dat die doorgang voortduren vrij is van obstakels en beschermd is tegen opvliegend water en materialen. Wanneer de controleur van de gemeente een andere vaststelling doet, wordt het normale tarief toegepast voor de volledige duur van de werf.

Wanneer de werkzaamheden tot doel hebben om de energieprestaties van een gebouw te verbeteren en die werkzaamheden gesubsidieerd worden door het Brusselse Gewest, wordt de belasting met de helft verminderd.

Hetzelfde geldt wanneer de werkzaamheden uitgevoerd worden door een behoeftige persoon die een bewijs heeft van het OCMW.

3)Vrijstellingen:

Zijn vrijgesteld van de belasting, de tijdelijke bezettingen van de openbare weg in het kader van het bouwen, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van gebouwen of delen van gebouw die deel uitmaken van het openbaar domein van de staat, van de gewesten, van de gemeenschappen, van de provincies, van de gemeenten, van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en van de ondergeschikte besturen.

Niettemin dienen de ondernemingen die verantwoordelijk zijn voor de werven zelf hun dossier invoeren in OSIRIS.

Artikel 7:

De vastgelegde belasting is onafhankelijk van de vergoeding die voorzien is in het bouwreglement voor de eventuele reparatie van de wegbekleding na afloop van de bezetting.

Artikel 8:

De betaling van de belasting op de tijdelijke bezetting van de openbare weg houden geen onherroepelijk concessierecht of erfdienstbaarheid op de openbare weg in, maar vrijwaart daarentegen de mogelijkheid voor de gemeentelijke overheid om het toegestane gebruik op elk moment te schrappen of te verminderen. In dat geval wordt het bedrag van de retributie herzien naar rato van de reservatie die werkelijk toegestaan werd.

Wanneer binnen de 48 uur geen gevolg wordt gegeven aan de aanmaning die de controleur van de gemeente via e-mail verstuurd heeft, zal zonder nieuw bericht de omheining of de schutting van ambtswege verwijderd worden net als al het materiaal van de bouwplaats en dat op kosten van de aannemer of gelijk welke andere persoon die de toelating tot de tijdelijke bezetting van de openbare weg verkregen heeft.

De eigenaar van het gebouw is hoofdelijk verantwoordelijk voor de betaling van deze kosten. Bovendien zal een opslagbelasting geëist worden aan de overtreder die berekend wordt op basis van de grondbezetting in de gemeentelijke opslagplaats en de duur van de opslag tegen hetzelfde tarief als voorzien in artikel 6.

De betaling van de gemeentebelasting en de uitgereikte vergunning doen geen afbreuk aan de straffen die voorzien zijn door het bouwreglement en door andere wetgeving die van toepassing is op de openbare weg.

Artikel 9:

Het bedrag van de belasting wordt ter kennis gebracht van de belastingplichtige via een document waarin hij gevraagd wordt binnen de tien dagen te betalen, hetzij via een storting in de gemeentekas, hetzij via een overschrijving op een bankrekening van de gemeente. Ingeval niet betaald wordt binnen de aangegeven termijn zal de belasting ten kohiere gebracht worden in overeenstemming met de bepalingen van de ordonnantie van 3 april 2014.

De betalingen binnen de termijn vermeld in alinea 1 worden beschouwd als contante betalingen.

Artikel 10:

Het kohier van de belasting wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard, ten laatste op 30 juni van het jaar dat volgt op het dienstjaar, door het college van burgemeester en schepenen.

Artikel 11:

De belasting wordt ingevorderd door de gemeenteontvanger in overeenstemming met de bepalingen van de ordonnantie van 3 april 2014.

Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van de ordonnantie van 3 april 2014, en voor alles wat niet geregeld zou worden door onderhavig reglement, zijn de bepalingen van titel VII, hoofdstukken 1, 3, 4, 6 tot en met 9bis van het Wetboek der Inkomstenbelastingen en artikelen 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van het Wetboek, voor zover ze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen, alsook de gewestelijke bepalingen die verwijzen naar het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen of alle gewestelijke bepalingen betreffende de lokale fiscaliteit van toepassing.

De belasting moet betaald worden binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. Deze verzending gebeurt zonder kosten voor de belastingplichtige.

Artikel 12:

De geschillen worden geregeld in overeenstemming met de beschikkingen van het algemeen reglement die deze materie regelen. Het indienen van een bezwaar ontslaat de belastingplichtige niet van de betaling van de belasting.

Wat betreft de materiële fouten die het gevolg zijn van dubbel geboekte posten, rekenfouten of cijferfouten enz. die te wijten zijn aan de ambtenaren van het gemeentebestuur, kan de belastingplichtige daarvan de rechtzetting vragen bij het gemeentebestuur, zolang de gemeenterekening waarop de belasting betrekking heeft niet is goedgekeurd door de hogere overheid.

Thématique
OSZAR »